Skip to content

We streven ernaar ieder kind de tijd, aandacht en leerstof te bieden die nodig is om zich te ontwikkelen en tot leren te komen. In dit hoofdstuk leest u hoe we dit georganiseerd hebben.

Volgen van de leerlingen

Om goed in kaart te brengen wat de kinderen nodig hebben om tot leren te komen, volgen we hun ontwikkeling nauwgezet. Dit gebeurt binnen de groep aan de hand van observaties, gesprekken en resultaten uit het methodewerk. Daarnaast brengen we schoolbreed de cognitieve en de sociaal-emotionele ontwikkeling in kaart met de volgende instrumenten:

  • Cognitieve ontwikkeling:
    In de groepen 3 t/m 8 worden er tweemaal per jaar CITO-toetsen afgenomen.
  • Sociaal-emotionele ontwikkeling:
    In de groepen 3 t/m 8 gebruiken we het observatiesysteem Kijk op Sociale Competentie.
  • In de groepen 1 en 2 maken wij gebruik van KIJK! Dit is een leerlingvolgsysteem waarin de observaties van de leerkrachten op de verschillende ontwikkelgebieden vastgelegd worden.

Informeren van ouders

Gedurende het schooljaar wordt er driemaal een vast gespreksmoment tussen ouders en leerkracht ingepland:

Gespreksmoment 1: Startgesprek
In de eerste weken van het schooljaar nodigen de leerkrachten de ouders uit voor het startgesprek. Om te komen tot een optimale ontwikkeling verkennen ouder en leerkracht samen de onderwijsbehoeften van uw kind. Zo maken we kennis met u als ouder en leren we uw kind beter kennen.

Gespreksmoment 2 en 3: Gesprek n.a.v. het rapport
De kinderen krijgen twee keer per jaar een rapport mee: het eerste rapport in februari, het tweede voor de zomervakantie.

Het rapport geeft u verschillende soorten informatie:

  • Observaties met betrekking tot de sociaal emotionele ontwikkeling en de taak-/werkhouding;
  • Observaties met betrekking tot de ontwikkelingsgebieden (groep 1/2);
  • Beoordelingen gebaseerd op methodewerk en -toetsen (groep 3 t/m 8);
  • Resultaten van de recent afgenomen CITO toetsen (groep 3 t/m 8).

Extra gespreksmomenten
Indien nodig vindt er vaker overleg plaats. Het initiatief hiervoor kan uitgaan van zowel ouder als leerkracht.

Leerlingdossier

Van ieder kind wordt, deels digitaal, een leerlingdossier bijgehouden. Naast algemene administratieve gegevens bevat een dossier bijvoorbeeld gespreksverslagen, observaties, toetsanalyses en verslagen van psychologische en didactische onderzoeken door interne of externe deskundigen. Ook kunnen ouders belangrijke informatie laten toevoegen aan het leerlingdossier. Ouders kunnen het dossier van hun kind inzien. U kunt hiervoor een afspraak maken met de groepsleerkracht van uw kind.

Zorgteam van De Stelberg

De leerkrachten, die de kinderen passende zorg bieden, worden daarbij begeleid door de interne begeleiders (IB’ers). Als de leerkracht extra ondersteuning nodig heeft in de begeleiding van uw kind, kunnen onze IB’ers deze ondersteuning bieden. De Stelberg beschikt over een orthotheek waar leerkrachten materiaal kunnen vinden voor extra begeleiding van kinderen, zoals bijvoorbeeld hulpprogramma’s voor lezen, spelling, rekenen en taal, concentratie, sociale vaardigheden, verrijkingsmateriaal en educatieve spellen. Deze ondersteuning is gericht op professionalisering van de leerkracht. Ook kan de IB’er additionele hulpmiddelen verzorgen om het lesgeven in de klas goed te laten verlopen.

Verder kan de IB’er de hulpvraag aan een instanties buiten de school stellen. Hierbij kunt u denken aan de inzet van schoolmaatschappelijk werk of PPO Rotterdam. Als er bij een hulpvraag meerdere instanties betrokken zijn wordt deze besproken in het Onderwijs Zorg Overleg (OZO) op school- en op wijkniveau. Ook deze ondersteuning is gericht op professionalisering van de leerkracht.

Op De Stelberg werken we volgens Opbrengstgericht Passend Onderwijs (OPO). Dit betekent onder andere dat het team tweemaal per jaar het onderwijs evalueert tijdens de Grote Schoolbespreking. Daarnaast hebben we Kleine Schoolbesprekingen, daarin worden de leerjaarinterventies besproken. Ook voeren de IB’ers met de leerkrachten leerlingbesprekingen. In deze besprekingen worden de opbrengsten van het onderwijs besproken en de aangeboden leerstof op groeps- en kindniveau geëvalueerd.

Kopgroep

Om tegemoet te komen aan de specifieke onderwijsbehoeften van hoogbegaafde kinderen heeft De Stelberg structureel geïnvesteerd in een passend extra aanbod voor deze groep kinderen (vanaf de groepen 3), naast de verrijkingsopdrachten binnen de groep.

Deze kinderen hebben naast hoge capaciteiten (IQ >130) ook speciale leer- en persoonlijkheidseigenschappen. De ontmoeting met hun “peers” is van groot belang voor hun ontwikkeling. In de Kopgroep krijgen deze kinderen wekelijks één dagdeel onderwijs dat specifiek op deze doelgroep is afgestemd.
De lessen vinden plaats in een apart lokaal en worden begeleid door gespecialiseerde leerkrachten. Er wordt aandacht besteed aan: uitdagende en prikkelende opdrachten (o.a. Pittige Plustorens en Techniektorens, Language-Nut), samenwerken en -spelen, keuzewerk, sociaal-emotionele vorming en leren leren. Ook worden er soms gastdocenten uitgenodigd.

De kinderen krijgen vanuit de Kopgroep ook één of meer opdrachten mee waaraan zij door de week in de groep kunnen werken.

Talent

De samenleving verandert in hoog tempo. Dat vraagt om onderwijs dat meebeweegt, zodat we onze leerlingen hierop kunnen voorbereiden. Daarom is het belangrijk dat elk kind zijn of haar specifieke talenten al op jonge leeftijd kan ontdekken en ontwikkelen. Het gaat hierbij natuurlijk niet alleen om cognitieve prestaties. De Stelberg wil de talentontwikkeling van alle kinderen meer aandacht en vorm geven.

Gedurende het schooljaar krijgen de leerlingen tijdens verschillende talentmomenten de kans om kennis te maken met verschillende talentgebieden, vanuit de meervoudige intelligenties. Hierbij worden ook de talenten van leerkrachten, ouders en andere vrijwilligers ingezet. Te denken valt aan groepsdoorbroken workshops voor de kinderen, zoals schilderen, programmeren, muziek, dans, techniek.

Doublurebeleid

Ieder kind is uniek en maakt zijn eigen ontwikkeling door. Binnen passend onderwijs doorloopt een kind in principe in acht jaar de basisschool. Als de ontwikkeling (cognitief en/of sociaal- emotioneel) duidelijk langzamer verloopt, kan een doublure overwogen worden. De school gaat tot een doublure over als er een meerwaarde te verwachten is ten gunste van de ontwikkeling van het kind. Dit gebeurt altijd in overleg met ouders. De uiteindelijke beslissing ligt bij de school.

Zorg voor kinderen met extra onderwijsbehoeften

Kinderen die belemmeringen in hun ontwikkeling ondervinden worden zorgvuldig begeleid en besproken. Samen met u als ouder bekijken wij welke gerichte en specifieke hulp we kunnen inzetten om deze problemen en belemmeringen op te lossen. Dit kan betekenen dat externe deskundigen worden ingeschakeld bij complexe problemen.

Van alle kinderen worden de scores bijgehouden. Eveneens worden observatie- en toetsgegevens geregistreerd, wat past binnen het zogenaamde leerlingvolgsysteem.

Back To Top